De ziekte van parkinson is een complexe aandoening waarbij diverse klachten voor kunnen komen. Veel klachten komen voort uit teveel of juist te weinig beweging. Denk aan freezing, stijfheid, of juist een tremor (trillen). Er kunnen ook cognitieve problemen voorkomen zoals geheugenproblemen, initiatiefverlies of moeite hebben om twee dingen tegelijk te doen. Deze klachten hebben invloed op de uitvoer van dagelijkse activiteiten. Het kan ook invloed hebben op de uitvoer van je werk.
Bij Parkinson kan het helpen om een activiteit op een andere manier uit te voeren. Door niet uit gewoonte te handelen, kan het zijn dat de activiteit zonder hapering verloopt. We noemen dit ook wel “cueing” of “ommetjes”. De ergotherapeut helpt mee te zoeken welke ommetjes voor jou geschikt zijn en oefent samen om de activiteit te verbeteren.
Ergotherapie leert je om met Parkinson om te gaan, zodat je zo zelfstandig mogelijk je dagelijkse activiteiten kan blijven doen.
Ergotherapie richt zich bij Parkinson meestal op:
